De opbouw van de karakters in het boek was heel goed. Het concept gaf hier ook erg veel ruimte voor, doordat je Noah en Jude vanuit twee leeftijden zag. De groei die ze beide door hebben gemaakt is erg groot. Zowel op emotioneel als op sociaal gebied. Ze veranderen beide door de gebeurtenissen en door de keuzes die ze maken. Als lezer heb je soms bijna het idee dat je een dagboek leest, omdat je naast de verhaallijn heel veel gedachten meekrijgt. Zo denkt Noah bijvoorbeeld in schilderijen en zelfportretten. Hij heeft een soort kunstgalerij in zijn hoofd en dit geeft een heel mooi beeld van hoe hij dingen ziet en verwerkt. Jude denkt op een hele andere manier; ze denkt in quotes uit de zelfgeschreven bijbel van haar oma. Deze quotes koppelt ze aan de gebeurtenissen die ze op een dag meemaakt en ze maakt veel van haar keuzes ook op basis van deze quotes. Ik vond het heel vernieuwend, maar wel leuk om op deze manier gedachten te lezen. Het geeft je nog meer het gevoel dat je de karakters kent.
Ook de verhaallijn in het boek maakte dat ik het een heel goed boek vond. Er zijn boeken waarin je al vanaf het begin eigenlijk kan voorspellen wat er gaat gebeuren. Dit soort boeken vind ik vaak saai. Je hebt ook boeken waarbij ik het idee krijg dat de schrijver het boek bijna helemaal geschreven had, maar nog niet wist hoe het zou eindigen en dus in het laatste hoofdstuk er nog even een eind aan bedenkt. Ik heb dit gevoel bijvoorbeeld heel sterk bij de boeken van Mel Wallis de Vries. Dit boek heeft geen van beide. Aan het begin denk je dat je het verhaal kan voorspellen, maar als je het boek uit hebt gelezen weet je dat de schrijfster eerst het einde heeft bedacht en heel secuur is geweest met de aankleding van de rest van het verhaal. Ze heeft heel voorzichtig naar het einde toe geschreven en ze heeft op een hele knappe manier er voor gezorgd dat op het einde niet alleen het verhaal als een puzzeltje in elkaar past, maar dat ook Noah en Jude bij elkaar komen. Dit zorgt ervoor dat ik heel blij was met het einde.
De titel van het boek vond ik ook prachtig. Op ongeveer een derde van het boek snap je de titel en het moment dat je de titel snapt, snap je ook eigenlijk pas goed hoe de relatie is tussen Noah en Jude op hun dertiende. Ze zijn beide namelijk super competitief. Op jonge leeftijd hebben ze ooit een spel bedacht: de wereld verdelen. Beide hebben delen van het universum in 'bezit'. Zo heeft de één de oceanen en de andere de bloemen. In de loop van hun leven herverdelen ze alles beetje bij beetje. Soms helpt de een de ander in ruil voor een deel van het universum. Een betere titel voor dit boek had ik niet kunnen bedenken.
--
Voor de verwerking van dit boek heb ik een variant bedacht op de opdracht 'Gesprek'. In de originele opdracht is het de bedoeling dat je een gesprek schrijft tussen de hoofdpersoon uit jouw boek en de hoofdpersoon uit een boek die je eerder hebt gelezen. In de variant die ik heb bedacht laat ik dit gesprek plaatsvinden over de telefoon tussen Noah en Jude. Noah op zijn dertiende en Jude op haar zeventiende. Het moment van het gesprek speelt zich voor Noah af aan het begin van het boek. Dit omdat ik door het hele boek te lezen denk ik het meest weet over het moment toen het boek begon. De Jude uit het gesprek is de Jude uit het absolute einde van het boek. Aan het einde komt alles namelijk bij elkaar en snap je ook weer veel meer dingen.
'Noah?' Judes stem klinkt een beetje voorzichtig. 'Ik ben het, Jude'
'Waarom bel je me? Kun je niet even naar beneden komen als je iets wilt zeggen?' Zegt Noah een beetje verbaasd.
'Nou nee, niet echt'
Noah is nu echt verward. 'Jude, wat is er?'
'Ik ben niet echt de Jude die jij kent'
'Jude, doe niet zo raar, vertel me wat er aan de hand is.'
Jude aarzelt even, maar vervolgt dan haar verhaal. 'Ik ben Jude wel, maar ik ben op dit moment zeventien jaar.'
'Wacht, wat... ehm... zeventien? Ben jij Jude van over vier jaar? Hoe kan dat?'
Jude moet een beetje lachen. 'Van alle vragen die je me op dit moment kan stellen, vraag jij je af hoe het kan dat ik in de toekomst jou kan bellen?'
'Ehm, ja eigenlijk wel,' Noah denkt even na 'maar je hebt gelijk, er zijn andere dingen. Ben ik toegelaten op de kunstacademie?'
'Noah... Ik ehm, je kent toch wel het principe van zo'n rare tijdreisparadox?'
'Dat je moet uitkijken wat je verandert in het verleden?'
'Precies, dit is zo'n ding, als ik jou te veel vertel van wat de keuzes zijn die je gemaakt hebt in hoe ik jou nu ken, kan het zijn dat ik die keuzes daardoor beïnvloed en weer dingen verander'
Het is even stil, tot Noah die stilte doorbreekt. 'Tuurlijk, maak het vooral makkelijk.'
'Ja, het spijt me, maar makkelijker kan ik het niet echt maken.' Grinnikt Jude.
'Maar als je me eigenlijk niet zo veel mag vertellen, waarom bel je me dan?'
'Omdat ik je iets wil vertellen over jezelf en over mij. Iets wat je de komende vier jaar goed moet onthouden.'
'Kom maar op.'
'Alles wordt weer beter, er gaat misschien een moment zijn waarop je denkt dat de hele wereld een zwart gat is. Je gaat mij haten, je gaat jezelf haten en je gaat papa haten, maar je moet onthouden dat, no matter what, papa en ik van je zullen houden. Er gaan namelijk ook momenten komen waarop alles op zijn plaats valt, waarop alles klopt en mooi is. Waarop je het gevoel hebt dat je meer leeft dan je ooit zal doen.'
Nu is het pas echt lang stil. 'Wow Jude, wat is er gebeurd de afgelopen jaren, sinds wanneer ben jij zo diep geworden?'
'Ik weet het, ik ben op dit moment echt een tutje en ik walg echt van de dertienjarige Jude, maar wij gaan beide veel veranderen.'
'Jude?'
'Ja?'
'Waarom noem je mama niet in dat stukje wat je net zei? Je zei dat ik jou zal haten en dat ik papa zal haten, maar ga ik mam niet haten?'
'Noah, ik kan niet te veel zeggen, maar nee, je zult mama niet haten.'
'Mag ik nog één vraag stellen?'
'Tuurlijk.'
Is er nog iets over van jouw deel van de wereld?'
'Nee, jij hebt alles'
'Alles? Zelfs de zon?'
'Zelfs de zon'
--
Kortom, ik heb echt genoten van dit boek. Het is ontzettend knap geschreven en het is gewoon echt het soort boek dat mij aanspreekt. Ik ben zeker van plan om te kijken welke boeken Jandy Nelson nog meer heeft geschreven.

Ik geef je de zon
Het zesde boek van leerjaar drie is Ik geef je de zon, van Jandy Nelson. Om maar mee te beginnen, ik vond het een prachtig boek! Het verhaal gaat over de tweelingbroer en -zus Noah en Jude. Ze zijn op hun dertiende onafscheidelijk ondanks hun totaal andere persoonlijkheden. Noah is stil, houdt van tekenen en schilderen en kan dit ook ontzettend goed. Hij is stiekem verliefd op de buurjongen en wilt niks liever dan uiteindelijk naar de kunstacademie in de buurt gaan. Jude houdt van surfen, springen van kliffen, draagt felrode lippenstift en gaat naar feestjes. Na een tragische gebeurtenis groeien ze uit elkaar. Hetgeen wat dit boek onder andere zo bijzonder maakt, is dat Noah het verhaal vertelt op het moment dat ze dertien zijn en Jude vertelt alles wat er gebeurde vanaf hun viertiende. Deze perspectieven wisselen elkaar af en zorgen ervoor dat het begin heel raadselachtig is. Je denkt na het eerste stuk wat Noah vertelt dat je best wel goed kan voorspellen wat er allemaal gaat gebeuren, maar dan begint Jude met een stuk over hoe ze is op haar zestiende en dan krijg je echt een 'What happened?' gevoel. Dit zorgde er zeker voor dat ik het boek heel snel uit had.
Iets wat het boek heel sterk maakte, of in elk geval waarom het voor mij zo sterk was, is dat de twee hoofdpersonen soms echt elkaars tegenpolen lijken, maar dat ik me toch heel goed in beide personen kon inleven. Bij het schrijven van een boek zoals deze zou je heel snel de verkeerde kant op kunnen gaan; het wisselen tussen karakters gebeurde namelijk niet zo vaak. Het kon soms makkelijk 80 pagina's vanuit het perspectief van Jude zijn. Als je het niet voor elkaar kan krijgen om beide karakters heel interessant te maken, is de kans heel groot dat lezers de stukken vanuit de persoon die ze niet zo aanspreekt heel saai vinden. Het goede aan de karakters in dit boek, was dat ze mysterieus genoeg waren om nieuwsgierig te worden en verder te willen lezen, maar genoeg van zichzelf lieten weten om jezelf erin te herkennen.